In het tweede kwartaal van 2023 reisden bijna 19 miljoen luchtvaartpassagiers van en naar een van de vijf grote Nederlandse luchthavens.
Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
Dat is 9,3 procent meer dan in hetzelfde kwartaal van 2022. De bezettingsgraad van de toestellen ligt weer bijna op het niveau van 2019.
Op Schiphol vonden 115.000 vluchten plaats in het tweede kwartaal, een toename van 5,4 procent vergeleken met dezelfde periode vorig jaar.
Er waren bijna 16,4 miljoen passagiers op de luchthaven deze periode, ofwel 10,1 procent meer dan een jaar eerder.
Via Eindhoven Airport, de tweede luchthaven van Nederland als het gaat om passagiersvervoer, reisden 1,9 miljoen passagiers. Dat is een plus van 6 procent ten opzcihte van het tweede kwartaal vorig jaar.
Op Maastricht Aachen Airport lag het aantal vluchten en het aantal vervoerde passagiers juist flink lager dan vorig jaar, respectievelijk 76,7 en 67 procent. Dit kwam door de renovatie van de landingsbaan, waardoor er van 8 mei tot en met 30 juni 2023 geen vliegverkeer mogelijk was.
Met het herstel van de luchtvaart neemt ook de bezettingsgraad op passagiersvluchten toe, zegt het CBS.
Dat ligt weer bijna op het niveau van 2019, het laatste jaar voor de coronacrisis. In het tweede kwartaal van dit jaar waren gemiddeld 81 van elke 100 vliegtuigstoelen bezet. In dezelfde periode in 2019 waren dat 82 stoelen.
Tijdens de coronacrisis stond de bezettingsgraad nog behoorlijk onder druk. Deze bedroeg in het tweede kwartaal van 2020 slechts 39 procent, terwijl het in 2021 om 44 procent ging.
Vorig jaar was er al wat herstel, met een bezetting van 79 procent.
Niet alleen binnen Nederland is Schiphol de belangrijkste luchthaven, ook binnen de Europese Unie is deze luchthaven belangrijk. In 2022 was Schiphol met 52,5 miljoen passagiers de tweede luchthaven binnen de EU. Alleen via Parijs Charles de Gaulle vlogen in 2022 meer passagiers: 57,5 miljoen.